zaterdag 11 juni 2016

Biografie van Lena Harte Streefkerk 1922-2002

In 1993 heb ik samen met mijn 71 jarige moeder haar leven op papier gezet, we hadden een velletje met vragen en vandaar uit zijn we verder gaan werken . Dat resulteerde in een geweldig levensverhaal. En ook al zijn herinneringen subjectief toch geeft het een mooi tijdsbeeld van een gewone vrouw, een dappere vrouw, een vrouw die zich in de arbeiders klasse  goed wist staande te houden in de jaren 1922 tot 2002. En voor ons werd zo ook duidelijk waardoor en waarom onze moeder was zo als ze was. Als het je interesse heeft moet je het zeker doorlezen. Met haar zijn er nog zoveel moeders met ongeveer hetzelfde levensverhaal


  Lijntje Dirkje Harte-Streefkerk, Lena,

  opgemaakt 25 juni 1993 te Anna Paulowna door Lenie Holierhoek-Harte.               


Lijntje Dirkje Streefkerk. (Leens, later Lena)
Geboren Rotterdam 25-12-1922
Overleden Den Helder 2-2-2002
Begraven Anna Paulowna 6-2-1002
Dochter van Adrianus Pieter Streefkerk en Pleuntje Tieleman.

Broers en zusters:
Jan Hendrik (Jan) * 18-10-1918 - + 28-01-1996
Dirkje Lijntje (Dit) * 24-01-1921 - + 22-12-1994
Hendrik Jan (Henk) * 24-02-1924-+ 01-08-2009
Adrianus Pieter (Aad) * 10-01-1926- + 29-11-2009
Alida Pleuntje (Alie) * 25-12-1929- + 13-02-2009
Cornelis (Cor) * 11-07-1931- + 07-02-2000

Huisadressen van het gezin Streefkerk-Tieleman waren:
Westerbeekstraat te Rotterdam
Beukelaarsstraat 31 Rotterdam
Hudsonstraat te Rotterdam
Vanaf Lena’s 6e tot 18e jaar Eendrachtstraat 25b te Schiedam
Daarna Rotterdamseweg 72 te Vlaardingen

                      
Lena's vader en moeder
Haar vader Adriaan was fijnbankwerker, een goede vakman.
Hij heeft gewerkt bij de Fa. Boel in Bolnes, bij Berkel Patent (weegschalen en Snijmachines) en bij Koolhoven (vliegtuigfabriek)

Haar moeder Pleuntje deed landwerk, aardappels en groente, bij een klein  Bedrijf in Slikkerveer. Vader lustte graag een borrel en was dan lichtelijk beneveld. Moeder was een struise strenge vrouw die de eindjes aan elkaar moest knopen.
Wat Lena vooral nog herinnerd is het eten thuis, want moeder kon koken met heel weinig en lekker. Elke vrijdag hadden ze vissoep, die moeder maakte van restanten van de vis of overgebleven vis van de visboer. Heerlijk was dat, alleen jammer dat moeder nooit het recept doorgegeven heeft. Toen de tomaten er voor het eerst waren vroeg de groenteboer “vrouw Streefkerk wilt U ze niet eens proberen?” Pleuntje wist niet wat voor rode dingen dat waren, maar ja, proberen maar. Lena vindt ze nog steeds erg lekker. Pleuntje kreeg ook heel vaak broodjes van de bakker, die niet verkocht waren, een beetje water erover en even in de kolenoven en dan hadden ze weer een heerlijk maal, broodpap. Erg ruim had het gezin het niet, kleding voor Lena werd verkregen door dat een tante, Tante Sjaan, vanuit haar diensje wel eens kleding meebracht, wel altijd netjes, maar nooit iets nieuws. Daar was gewoon geen geld voor. Om die zelfde reden (geen geschikte kleding) ging men niet naar zondags ’school.

Vader was gereformeerd en moeder nederduits. Naar de kerk ging men niet in dit gezin. Later gingen de kinderen op oudere leeftijd ieder een kant op. Lena koos de gereformeerde kant en ging naar de kerk in de Lange Nieuwstraat en later naar de Juliana kerk in de B.K.Laan te Schiedam.
Een van de vroegste herinnering was toen zij ongeveer 5 jaar oud was, het was St. Nicolaas en vader die een beetje tipsy was had haar (Lena) een chocolade pop gegeven en die moest ze opeten, en daar werd ze vreselijk misselijk van en ze spuugde alles over een stoel weer uit. Tot grote ergernis van haar moeder. Maar toch was het een tractatie, vooral omdat ze eigenlijk nooit geen snoep kregen. Er was voor zulke gewoon geen geld.
Vader was af en toe nogal royaal met zijn geld en vooral als hij iets gedronken had, wilde hij nog wel eens delen met de kinderen. Lena herinnerd zich toen zij een jaar of 15 was, dat zij van haar vader een tientje kreeg, met de opdracht hiervoor iets van snoep te kopen voor Kerst, bij Jamin. En aangezien je, je vader niet tegensprak ging zij iets kopen en gaf de rest van het geld aan haar moeder. Haar vader werd toen heel boos op haar, want het was om snoep te kopen!

Een andere herinnering was een niet zo prettige, het was in de oorlogsjaren (40-45) en 1x in de zoveel tijd ging het gezin naar familie in Barendrecht. Maar voor de was ging moeder dan terug naar huis om daar de was te doen. Ze had voor die tijd een heel moderne electrische wringer gekocht en had die pas en ze was er nog niet zo bedreven mee. Zij zat er toen tussen met haar hand en het bloedde hevig. Gelukkig was haar vader even in de lunch-pauze naar huis gekomen en kon zo erger voorkomen.

Verder waren er niet zoveel dingen te vertellen, verjaardagen werden heel sober of helemaal niet gevierd. Met schoolreis kon niet, vanwege de financiën.

Op 1 mei was het feest, Leens deed dan mee met de 1 mei viering van de “rooi”, huppelend op de muziek met een lint in je hand om een versierde paal heen dansen. Na afloop kreeg je meestal een kadetje, chocola en een stuk fruit.
(ik verdenk mijn moeder ervan, dat zij alleen om al dat lekkers meedeed)

De spelletjes die zij op straat deed waren: ballen met vier ballen tegen de muur of in de lucht, diabolen, touwtje springen en schaatsen. Ze herinnerd zich een keer dat het zo hard gevroren had dat de stoepen en straten spiegelglad waren en ze op de schaats naar school zijn gegaan, over de weg.

Scholen die zij bezocht heeft, (allemaal lagere scholen):
Johan Borgmanschool Bospolderplein in Rotterdam-zuid
O.B. Lagere school in de Lekstraat in Schiedam
Gereformeerde Rheobotschool in de Tuinlaan in Schiedam.

Een aantal juffen en meesters weet zij nog bij naam te noemen; juffrouw de Korte, juf Bijloo, de hoofdmeester Kruis en meester Bogerman. De eerste klas heeft zij over moeten doen vanwege verhuizing, van Rotterdam naar Schiedam. Zij heeft tot aan de 6e klas op de Lagere School in de Lekstraat gezeten, haar 7e leerjaar heeft zij op de Rheobothschool gedaan.


Vriendjes en vriendinnetjes van de lagere school waren: Louise (Lien) Chabot, Cobi Klei (haar grootste vriendin) Mieke Brinkman en Jan de Groot, een speciaal vriendje waar Leens wel eens mee ging hoepelen, en dat was toch eigenlijk een jongensspel. Jan woonde in de Brouwerstraat in Schiedam, heel vaak kwam hij haar ophalen om te spelen. Na een wedstrijdje hardlopen, vanwege koningen dag had Jan een reep chocola gewonnen en die deelde hij met Leens .
(Dus een heel speciaal vriendje, ze moest er toen ze het vertelde nog steeds om glimlachen)

Schoolfoto Lena en haar broer Henk
De leerstof die zij kreeg op school waren vooral; rekenen, taal,aardrijkskunde, tekenen, handwerken, gymnastiek en geschiedenis.
Een van de dingen die opeens herinnerd worden van school is dat zij met haar moeder naar de schooldokter ging. Terwijl ze langs de klassen lopen in de school ziet moeder dat meester een van haar kinderen (Ditje) een klap op haar hoofd geeft, moeder schiet de klas in en sleurt meester de klas uit. Wat er verder gebeurde weet Leens zich niet te herinneren, zelfs niet of ze die dag nog naar de schooldokter is geweest.

Lena zat bij D.O.K. een schiedamse gymnastiek vereniging, later ging zij op de wandelsport bij meneer van Zellem.

Lena was linkshandig en die tijd mocht dat niet, ook Lena werd vreselijk geplaagd om toch vooral rechtshandig te schrijven. Ze heeft het nooit goed aangeleerd, alhoewel ze nu rechtshandig schrijft, maar handwerken doet ze linkshandig. Dus is ze zowel rechts als linkshandig.

Na schooltijd als zij thuis kwam was er elke dag het breiwerk. 15 naadjes breien aan een sok. En als dat klaar was mocht je pas gaan spelen.

Na het 7e leerjaar moest Lena gaan werken. Dat moest van de steun, want vader was anderhalf jaar werkloos ( dat was alles in zijn hele leven) Het gezin ontving
fl. 9,00 steun per week, omdat vader niet aangesloten was bij een bond. Lena moest dan maar gaan mee verdienen. Zij verdiende fl. 2,50 en daarvoor werd het steungeld gekort met fl. 0,50 cent. Moeder kreeg van de steun dan nog wel bonnen voor 7 pakjes margarine in de week, die maar een paar centen per pakje kostte.
Van haar verdiende geld mocht Lena zelf een kwartje houden.                                                 

Lena als jonge vrouw
Lena heeft 2 jaar gewerkt in een dienstje  voor dag en nacht, bij advocaat Vermaas in de Kerkstraat te Schiedam. 1x in de 14 dagen was ze op zondag vrij van zaterdag avond 24.00 uur tot zondag 22.00 uur. Voor de rest hard werken voor fl. 6,00 in de week. Later een dienstje bij Mevr. Duym, een Poolse jodin, waar ze later niet meer mocht werken van de Duitsers. (Lena noemt ze Moffen)
Ze heeft toen bij Tante Suus de huishouding gedaan en daarbij ook bij Opoe Tieleman.        
In de erwtenkeet gewerkt (erwten en bruine bonen uitzoeken) Haar chef heette daar mijnheer Brouwer. Bij de borstelfabriek gewerkt, daar maakte men met de hand borstels, enz. En bij de chocolade fabriek Baronie en de Heer gewerkt, waar ze bij haar loon nog premie ontving. Haar loon gaf ze thuis af , maar haar premie, die vaak hoger was als haar loon hield ze zelf.

Ik vroeg haar hoe zij later als tiener aan vriendjes kwam. Ze vertelde mij dat je dat al wandelend deed. Je begon te wandelen over de Hoogstraat dan over de Stadhouderslaan naar het Sterrebos (kilometerlaan) en dan kwam je geheid wel iets tegen.
          
De oorlog kwam en alles werd anders, veel verteld ze er niet over, maar omdat ik
toch wil weten hoe het dan zat met mijn oudste broer, vertelt ze;
“Na mijn werk liep ik naar huis en daar stond een Duitser op wacht die mij aansprak. In eerste instantie reageerde ik niet. Mijn verkering, met jouw vader, was net uit. Maar elke keer kwam ik die jongen tegen. En op een dag wilde hij een stukje meelopen, het was donker en ik moest een laantje door. Hij was erg vriendelijk. Hij bleek een Oostenrijker te zijn en zijn naam was Josef. Ik noemde hem Joep. Een keer liet ik mij overhalen en toen was ik zwanger. Dat wist ik niet meteen, want ik was gewoon ongesteld, Pas na vier maanden wist ik dat ik zwanger was. Joep en ik zijn aangetekend, maar door de Dolle dinsdag raakte veel papieren kwijt. Ook de onze. Dus moest alles opnieuw aangevraagd worden.
  
Jopie werd op 2 augustus 1943 geboren. Joep werd overgeplaatst op 4 augustus naar Spaarndam. Daar ben ik nog een paar keer geweest. Even later werd Joep overgeplaatst naar Frankrijk en is daar als vermist opgegeven. We hebben elkaar nooit meer gezien, al denk ik dat hij nog leeft.

Omdat ik Joep zijn adres had:
Joep Klarn
Wildestein 41
Post gallisien
Karten
Oostenrijk
ben ik met Jopie in september 1944 naar Joep’s ouderlijk huis geweest. Ik heb er gelogeerd tot februari 1945 en ben toen weer terug gegaan naar Vlaardingen. Dat was een hele onderneming, met bombardementen onderweg en geen trein die op tijd reed.
 
Voor Joep had Lena al verkering gehad met Jan Harte, van 1938 tot 1941. Ze had Jan leren kennen toen hij in uniform naast haar kwam fietsen en een praatje maakte. Toen zij zo’n beetje alles bij elkaar hadden om te trouwen maakte Jan het uit voor een ander. Later elkaar weer tegengekomen en in Vlaardingen op 20 maart 1946 getrouwd, zij 24, en onze pap 28 jaar, in een geleende jurk, een nieuw pak voor de bruidegom (betaald door de bruid) want de bruidegom, net terug uit Duitsland had geen geld.
                                                   
Van wat gespaard geld meubeltjes gekocht, 4 stoelen en 2arm fauteuils bij een tweedehands winkel voor fl.100,00. Jan maakte een kastje, dresoir met een opzet (dat kastje staat nu bij Yvonne , onze dochter, zonder de opzet) Zo zaten zij dan op een zolder kamertje bij Jan zijn zus Alie en later bij Jan zijn ouders op zolder.

Bakkershaven
Hun eerste eigen huisje was op de Bakkershaven 49, waar hun dochtertje Lenie werd geboren (1949)








Jopie met zijn opa
In 1951 net in verwachting van haar tweede kindje , is haar eerstgeborene Jopie verdronken. Hij is een aantal weken vermist geweest. Van 23 februari tot maart 1951. Vanwege de vorst en het bevroren water werd hij niet eerder gevonden.  Hij mocht maar 7 jaar worden, en zelfs nu kan ze er haast niet over praten.

Aad werd op 25 november van dat jaar geboren en in oktober 1953 kwam er een tweede zoon Jan. Maar toen woonde zij al in het Nieuwsticht-midden op no. 41 in Schiedam.
  
Ook haar eigen gezin had het in het begin niet erg rijk. Jan werkte bij een glas zaak en was veel onderweg. Lena deed het huishouden wat in die tijd nogal enerverend was.
Op maandag de was, met de hand, geen stofzuiger, maar veger en blik en een mattenklopper. Lena naaide veel kleertjes zelf.
Later werd er 2x per jaar bij Roos en van der Kolk in Rotterdam gekocht (op afbetaling per maand) 1x zomergoed en 1x wintergoed. Ook grote aankopen werden bij Roos en van der Kolk gekocht.

Het gezin was ondertussen verhuisd naar de Lekstraat 67 (drie hoog).
De kinderen gingen naar school in de Gasstraat en later op de Koninging Wilhelmina school in de Zalmstraat. Door een driehoeksruil kwamen Lena en Jan in de Eendrachtstraat 11b te wonen. Een bovenhuis.

In het gezin werd gewoon hollandse kost gekookt. Al kon Lena af en toe heerlijke dingen koken, zoals gevulde appeltjes en taarten bakken vond ze ook heel fijn en dat ging prima, vooral nadat ze aardgas hadden gekregen.
Een keer in de week kwam de visboer, Aad de Wilt, langs en werden de kinderen getrakteerd op een zoute haring. Voor de kinderen een feest en elke vrijdagmiddag zaten ze gedrieën op het randje van de stoep te wachten.

Ondertussen was Lena gaan werken om de financiën een beetje bij te spijkeren. 3 dagen per week en 5 avonden ging zij uit werken. Twee dagen bij Mevr. Brand in Rotterdam, 1 dag bij de fam. Brand in de “vijf sluisen flat” bij Wilton en elke avond kantoren schoon maken bij de “Blauwe Ster”. Dat deed zij samen met haar schoonzus Truus.
                                            
Vakantie hadden ze wel, soms met een kind naar Epe, logeren bij een broer van Lena. Later ging zij met haar man een Rijnreisje maken naar Luxemburg en nog een keer met 2 schoonzusjes naar Oostenrijk.
Lena op de camping



Een auto werd gekocht, legergroen, die later prachtig blauw werd. Een poos later werd er een caravan gekocht, die geplaatst werd in Ulicoten op de camping “Pondarosa”.
Elk weekend bracht men er door, en er was een zwembad bij en een tuin rondom de caravan. Dat was heerlijk. Ondertussen reden ze in een witte volkswagen kever, en met onze drie kinderen achterin, krap maar reuze gezellig , werd de weg van Schiedam naar het "schone"Brabant gereden.
Op oudere leeftijd is zij samen met het gezin van haar dochter naar Londen geweest. Dat was voor haar de eerste en enige keer dat zij met het vliegtuig reisde.

Lena hoorde bij de gereformeerde kerk, is lidmaat. Politieke voorkeur heeft ze niet echt, dat wisselt nogal eens met de tijd. Ondertussen hebben Jan en Lena het wat beter en verhuizen naar een vierkamerflat in het Nieuwland. Een spliksplinternieuwe flat met een douche lavet, maar wel vier hoog. Zonder lift. Schuttersveld 66 was hun nieuwe adres.

Papa op zijn stoel op het Schuttersveld
Nadat Jan ziek was geworden en niet beter werd zijn ze in 1971 verhuisd naar een beneden woning, in de Fabristraat. (Hun kinderen waren toen allemaal getrouwd.) Omdat het huisje nogal vochtig was verhuisde zij naar de West Frankelandsestraat 70a in Schiedam –West.

Jan werd steeds zieker en is in 1980 op 62 jarige leeftijd aan kanker overleden. Als weduwe zijnde is Lena verhuisd naar “de Gorzen” waar ze woonde in de IJsselmondesestraat no 59a.
Nog weer later kreeg zij in Anna Paulowna een huis, Wel uit de buurt, maar daar woonde haar dochter Lenie. Zij woont nu in de Meerkoetstraat 38, zelfstandig in een huis dat verbonden is aan het bejaardenhuis “Vreedenhof”. Het is een huis met een huiskamer met open keuken, een bijkeuken, toilet,douche,slaapkamer en een slaapkamer op zolder.

Zij zit in de S.O.O.S., waar zij sjoelt en waar zij vice-penningmeester is en ze doet aan ouderen gym en ze zwemt met de oudjes. Zij houdt van opera en operette, waar ze vroeger nog wel eens naar toe ging, tentoonstellingen vindt zij ook interessant. Vooral als het te maken heeft met koken en allerlei nieuwigheidjes, bijvoorbeeld de Femina in Rotterdam. Toneel vindt zij ook geweldig, vooral de ouderwetse Kniertje of de Jantjes. Film heeft niet haar voorkeur.
Haar grote hobby is handwerken, hoeveel spreien,gordijnen of tafelkleden ze al gehaakt heeft weet ze niet meer. Maar niet alleen haken, ook breien borduren (voor het rode kruis) en beesten maken doet ze erg graag.

Nu ze wat ouder is, heeft de reiskoorts toegeslagen, ze gaat regelmatig dagtochtjes maken, naar Duitsland, Belgie maar ook in eigen land reist ze heel wat af.
Ook samen met de buren gaat ze op vakantie en ze gaat af en toe logeren bij een van haar kinderen.

Op 25 december 1992 is Lena 70 jaar geworden/

Lena  in 1998
Aanvulling: Mama is in februari 2001 opgenomen in het Gemini Ziekenhuis in Den Helder voor acute bloedarmoede. Na behandeling met medicijnen mocht zij weer naar huis. De nacht ervoor kreeg zij in het ziekenhuis een hartstilstand en een beroerte. Daardoor kon ze later slecht zien en lopen. Nog wel naar huis gegaan waar het met veel hulp redelijk ging. Haar lichamelijke toestand werd langzaam slechter, tot zij in een rolstoel terecht kwam. Omdat haar huisje afgebroken werd moest zij ook nog verhuizen. Weliswaar naar een prachtig flatje in de Ouderenflat Vreedenhof te Anna Paulowna, maar toch. Ze heeft er alleen een aantal dagen in doorgebracht als wij haar ophaalden uit het Verpleeghuis Den Koogh in Den Helder, waar zij intussen tijdelijk woonde. Dat tijdelijke werd in oktober 2001 een definitieve woonplaats. Zij heeft daar haar 79e verjaardag gevierd. Eind januari werd zij weer ziek, zij was lichamelijk behoorlijk achteruitgegaan. Opgenomen in het Gemini, waar zij niet veel meer voor haar konden doen. Zij kwam weer terug in Den Koogh, maar binnen 2 dagen kreeg zij een longontsteking, waar zij niet meer tegen vechten kon.
Lena is overleden op 2 februari 2002 s’middags om precies 13.00 uur in Den Helder. Op de dag dat Prins Willem Alexander trouwde met zijn Maxima




Geen opmerkingen: